Onderzoek: zo ervaren kinderen en jongeren hun online en offline leven
Hoe staat het er in Nederland voor met het leven van kinderen en jongeren? Om daarachter te komen, doet de Kinderombudsman elke twee jaar een groot onderzoek naar het welzijn van kinderen en jongeren van 8 tot 18 jaar. Met dit jaar voor het eerst ook aandacht voor hun online leven.
2.729 kinderen (8-12 jaar) en jongeren (13-18 jaar) namen deel aan het onderzoek van de Kinderombudsman. Zij vulden online een vragenlijst in over de kwaliteit van hun offline en online leven. De belangrijkste conclusie is dat kinderen en jongeren hun leven over het algemeen een voldoende geven, maar dat de meesten hun online leven minder leuk ervaren dan hun offline leven.
Verschil tussen online en offline
Het rapport ‘Als je het ons vraagt 2024’ bevat de bevindingen, conclusies en aanbevelingen die uit het onderzoek naar voren komen. Hoewel jongeren dus over het algemeen meer tevreden zijn over hun offline leven, is dit juist precies andersom voor jongeren die zich niet als jongen of meisje identificeren. Zij zijn juist blijer met hun online leven. Meiden van 13 tot 18 jaar geven hun online leven het laagste cijfer; 23 procent van deze groep geeft hiervoor zelfs een onvoldoende. Deze groep voelt zich online ook het meest onveilig.
Goede en slechte kanten
Veel kinderen en jongeren geven aan dat ze zich bewust zijn van zowel de goede als slechte kanten van de online wereld. Met vrienden doen ze bijvoorbeeld leuke dingen online, maar soms beleven ze er ook vervelende dingen. Zo is het bijna niet te voorkomen dat kinderen online heftige of ongepaste beelden zien. Het is belangrijk dat ze hier met een volwassene over durven te praten. Dat gebeurt nu nog te weinig.
Praten over de online wereld
Kinderombudsman Margrite Kalverboer roept onderwijsinstellingen, jeugdgezondheidszorg en jeugdhulporganisaties op met kinderen en jongeren in gesprek te gaan over hun online leven. Ook vindt ze het belangrijk dat opvoedprofessionals ouders hierop wijzen.